Als een familielid verdrietig is over het verlies van een naaste, dan troost jij hem of haar. Maar ook dieren doen dit. Is dit troostgedrag bij hen aangeleerd sociaal gedrag of troosten zij uit echt uit empathie? Dat laatste, zo blijkt uit nieuw onderzoek.
Een Nederlandse wetenschapper ontdekte in 1979 in dat ook chimpansees elkaar troosten. Later is troostgedrag in een andere vorm dan omarming en kussen waargenomen bij onder meer olifanten en honden. De wetenschapper en zijn Amerikaanse collega’s gebruikten knaagdieren om te achterhalen waarom dieren dit doen.
Er is overtuigend bewijs gevonden dat het troostgedrag empathisch gedrag is. Zo zijn er overeenkomsten in bepaalde hersenmechanismen bij empathisch gedrag van mensen en troostgedrag van dieren. Wetenschappers zijn altijd terughoudend geweest in het toeschrijven van empathie aan dieren. Zij nemen aan dat dieren alleen iets doen voor een soortgenoot uit eigenbelang. Deze verklaring heeft echter nooit goed gewerkt voor troostgedrag. Daarom was dit onderzoek zo belangrijk.
Prairiewoelmuis troost uit empathie
De wetenschappers haalden een koppel prairiewoelmuizen uit elkaar, waarbij het vrouwtje vervolgens werd blootgesteld aan een stressvolle situatie. Na de terugplaatsing bleek het mannetje net zo aangedaan als het vrouwtje. Hij zat tijdens de scheiding gewoon in zijn kooi, maar toch had hij een verhoogde hoeveelheid corticosteron. Dit is een stresshormoon. Dezelfde overdacht van emoties is ook gezien bij mensen. Om het vrouwtje te troosten, begon de mannetjesmuis haar intensief te vlooien.
Opvallend is dat als de oxytocine receptoren in de hersenen van de prairiewoelmuis geblokkeerd worden, dat het mannetje zijn vrouwtje niet troost. Oxytocine wordt bij mensen in verband gebracht met sociale bandvorming en empathie. Dit betekent dat een prairiewoelmuis troost uit empathie en niet omdat het aangeleerd gedrag is.
Prairiewoelmuizen zijn uitstekende proefdieren, omdat ze een levenslange monogame band hebben. Ze zijn heel hecht.